Deze week oefende je woordpakket 25: woorden die eindigen op -d of -g.
Het is tijd voor het wekelijks dictee. Neem je dicteeschrift en een pen.
Ik dicteer vandaag opnieuw 10 woorden en 4 zinnen. Succes!
Schrijf ik -d of -t?
Maak het woord langer en luister goed.
hond → honden
staart → staarten
Schrijf ik -gt of -cht?
Hoor ik een lange klank, dan schrijf ik -g. bv. zaagt
Hoor ik een korte klank, dan schrijf ik -ch. bv. zacht
Pas op: de kip ligt in het hok, legt een ei en zegt tok tok.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten